Hoe is een gewricht opgebouwd?
Het synoviale gewricht is opgebouwd uit verschillende weefsels, waaronder kraakbeen, bot, synovium, ligamenten, slijmbeurzen, pezen en spieren. Al deze weefsels hebben in meerdere of mindere mate invloed op elkaar, in de normale fysiologie en zeker ook gedurende pathologie bij gewrichtsaandoeningen (bijv. artrose).
Gewrichtskapsel en rondliggende structuren
Alle weefsels die het gewricht vormen zijn erop gericht een gewricht onder hoge belasting soepel (met zo min mogelijk wrijving) te kunnen laten bewegen. De drie-eenheid bot, kraakbeen en synovium biedt (passief) de basis voor een degelijke soepele beweging. Ligamenten, pezen (met hun peesscheden) en spieren (eventueel omgeven door slijmbeurzen) zorgen er (actief) voor dat een soepele beweging van deze ‘drie-eenheid’ mogelijk wordt gemaakt.
De normale bot-turnover is van belang voor de biochemische en biomechanische kwaliteit van het bot , die continu wordt aangepast aan de ‘vraag’. Een langdurige zware belasting zal tot zwaardere/steviger botten aanleiding geven (meer botvolume per totaal volume en een sterkere mineralisatie). Deze kwaliteit en de cellulaire activiteit om deze kwaliteit te bereiken, zal van invloed zijn op het kraakbeen, dat de beide botuiteinden die een gewricht vormen bedekt.
Deze beïnvloeding is zowel biochemisch als mechanisch.
-
Zo zullen allerlei factoren in het bot, waaronder groeifactoren die rijkelijk aanwezig zijn in bot, ook hun invloed hebben op de kraakbeencellen (chondrocyten ).
-
Maar ook de mechanische eigenschappen van het bot zullen hun invloed hebben op de samenstelling van de kraakbeenmatrix en de activiteit van de chondrocyten. Ook botten nemen namelijk een deel van de krachten op een gewricht voor hun rekening. Stijvere botten zullen minder veerkrachtig zijn, waardoor er grotere krachten op het kraakbeen komen.
De turnover van kraakbeen , de aanmaak en afbraak van kraakbeenmatrixbestanddelen, heeft weer zijn invloed op de fysiologische activiteit van de binnenbekleding van het gewricht, het synovium . Synovium verwerkt de afbraakproducten van het kraakbeen en zorgt tevens voor de voedingsstoffen en voor de chondrocyten. Een teveel aan afbraakproducten kan aanleiding geven tot een ongewenste synoviale (ontstekings)activiteit.
Kernpunten
-
Bot, kraakbeen en synoviaal weefsel vormen een ‘drie-eenheid’ met een onlosmakelijke interactie en vormen gezamenlijk passief de basis voor een soepele beweging.
-
Kapsel, ligamenten, pezen (met hun peesscheden) en spieren (met eventueel slijmbeurzen) zorgen actief dat een soepele beweging van gewrichten mogelijk wordt gemaakt.
-
Proprioceptie (zelfwaarneming), het vermogen om de positie en beweging van een gewricht waar te nemen, speelt een belangrijke rol om een soepele beweging mogelijk te maken en schade aan de weefsels te voorkomen.
Bij het bestuderen en behandelen van gewrichten dient de interactie tussen alle weefsels die een gewricht vormen, goed in overweging genomen te worden.